Het kan je zomaar gebeuren.
Iemand geeft ongezouten haar of zijn mening over iets van jou, waarvan jij overtuigd bent, dat het goed is.
Dat kan hard aankomen.
En wat dan?
Je kunt je gaan verdedigen.
Gaan discussiëren om je gelijk te krijgen.
Als je niet uitkijkt wordt het bekvechten.
En waar het dan uiteindelijk om gaat, verdwijnt meestal naar de achtergrond.
Het kan ook zijn, dat je boos wordt.
Omdat je naar jouw idee onrechtvaardig behandeld bent.
Door die ander neergezet als….
Misschien zeg je er niets van, maar van binnen vreet het aan je.
Het houdt je meer dan bezig.
Nog vervelender wordt het, als jij van iets wordt beschuldigd, wat niet waar is.
Het zijn allemaal situaties, die je in het leven van alledag kunt tegenkomen.
Ja, zelfs in de gemeente kan het je overkomen.
Zou niet moeten, kun je denken.
Maar niemand is nog perfect, dus fouten maken is mogelijk.
Ook jijzelf kunt er misschien zomaar iets uitflappen, waarmee je de ander onbedoeld kwetst of verdriet doet.
In het Bijbelboek Job lees je, dat Job een man was, volmaakt en oprecht, god vrezend en wars van kwaad (Job 1:1-2 NB).
Aan zulke mensen heeft de satan een hekel.
De satan wil Job van zijn rechtvaardigheid beroven.
Maar dat kan hij niet.
Want die rechtvaardigheid zit diep in het hart van Job.
Om toch greep te krijgen op het leven van Job, zorgt satan er voor, dat Job wordt beroofd van al zijn bezittingen, dat zijn kinderen sterven en hij ziek wordt.
En Job weet niet, dat satan achter alle ellende zit.
Hij zit op een mestvaalt en krabt zijn wonden met een potscherf.
Maar zelfs in die situatie zondigt hij niet en maakt God geen enkel verwijt. (Job 1:22 NBV). Dan komt zijn vrouw hem opzoeken en zegt: ”Zeg God vaarwel en sterf.” (Job 2:9)
Vervolgens komen er vrienden op bezoek.
Zeven dagen lang zwijgen zij.
Als Job bijna bezwijkt, vervloekt hij zijn geboortedag.
Dat lijkt voor de vrienden de aanleiding te zijn om in lange redeneringen de oorzaak van Job ’s problemen bij hemzelf te leggen.
Ze spreken – kort samengevat - in de trend van:
“Kom Job, geef het nou maar toe.
Niemand lijdt onschuldig.
En iedereen zondigt nog.
Je hebt vast iets te verbergen voor God.
Het geeft niet joh.
Zeg het nou maar.”
En Job laat zich verleiden om met zijn vrienden te discussiëren om zijn onschuld te bewijzen. Dat laatste lukt niet.
De vrienden zijn niet te overtuigen.
Geen wonder.
De vrienden worden misleidt door boze geesten, die er alleen maar op uit zijn om Job nog verder de vernieling in te helpen.
Maar Job belijdt: ik weet dat mijn verlosser leeft.
En hij volhardt in zijn onschuld.
Hij geeft zijn rechtvaardigheid niet prijs.
Maar het stormt in zijn hoofd.
Van alle leed en verdriet.
Van alle vragen, waar hij geen antwoord op heeft.
En van alle beschuldigende woorden van zijn vrienden.
Satan is de aanjager van die storm.
In die storm gaat God tot Job spreken.
Job merkt het spreken van God op en luistert naar God.
Hij komt uiteindelijk tot de ontdekking, dat hij zonder inzicht en begrip heeft gesproken en verootmoedigt zich voor God.
De vrienden hebben niet recht over God gesproken, en daarmee hebben ze gezondigd. Daarom draagt God hen op om voor Hem een offer te brengen.
God geeft Job de opdracht om voor zijn vrienden te bidden.
En Job doet het.
Ook daaruit blijkt dat Job een rechtvaardige is.
Hij doet wat God van hem vraagt.
Ondanks hun ellenlange beschuldigende betogen, bidt hij voor zijn vrienden.
Nu jij en ik.
Zoals ik in de inleiding al heb geschreven, kan er van allerlei negatiefs en beschuldigends tegen je worden uitgesproken.
Waar of niet waar.
Wat je van Job kunt leren is dat:
• hij wat er ook gebeurt niet zondigt
• hij God geen enkel verwijt maakt
• hij volhardt in zijn onschuld
• hij zijn rechtvaardigheid niet prijsgeeft
• hij zijn fouten belijdt voor God
• hij God gehoorzaamt onder alles.
Ga nooit als Job in discussie over je rechtvaardigheid met welk mens of boze geest ook.
Boze geesten zijn, net als in de dagen van Job, altijd op je (geestelijke) ondergang uit.
Laat Jezus, dé hogepriester, jou vrijpleiten.
Geef het oordeel over aan Hem die rechtvaardig oordeelt (Petr.2:23).
Is dat moeilijk?
Ja, soms wel.
Maar, doe het maar.
Want op die manier houd ook jij je rechtvaardigheid vast.
En dat heb je nodig om verder als zoon van God te ontwikkelen.
Jan Verwoerd